T&I Wildhygiene
Veelgestelde vragen over wildhygiëne
Is voor verkoop van kleinwild altijd een Verklaring 1e onderzoek nodig?Ja, kleinwild dat geleverd wordt aan derden, moet altijd voorzien zijn van een Verklaring 1e onderzoek. Dus ook als u het naar een ‘tussenhandelaar' brengt. Het grote verschil met grofwild is dat voor kleinwild een Verklaring per partij wordt ingevuld en meegeleverd. Een partij kan uit meerdere kleinwildsoorten bestaan, als het maar uit hetzelfde gebied en dezelfde datum afkomstig is.
Mag een zelfgemaakte Verklaring 1e onderzoek gebruikt worden?
Ja, als maar minimaal die gegevens erop staan die de Verordening voorschrijft (ziewww.KNJV.nl). Ook kunt u het A4 gebruiken dat u van KNJV‐site kunt downloaden (Jagen >> Wildhygiëne en ga dan naar formulieren). Een Verklaring 1e onderzoek moet voorzien zijn van een unieke nummering.
Moet de Verklaring 1e onderzoek aan het grofwild bevestigd zijn?
Nee, dat is intussen niet meer noodzakelijk, als de traceerbaarheid maar gewaarborgd is. In Nederland is het grofwild meestal voorzien van een wildmerk. Als dit wildmerknummer ook op de Verklaring 1e onderzoek staat vermeld, is daarmee de traceerbaarheid gewaarborgd en kan de Verklaring los bijgeleverd worden. Op de Veluwe vindt een pilot met FRS plaats waarin de benodigde gegevens ook digitaal aangeleverd kunnen worden. Als dit naar behoren werkt, is de NVWA bereid mee te werken om te bezien of de papieren verklaring achterwege kan blijven. Immers de benodigde info is dan digitaal beschikbaar.
Moet een geschoten wild zwijn altijd op trichine worden onderzocht?
Alle in Nederland geschoten wilde zwijnen die weggegeven of verkocht worden moeten op trichinen worden onderzocht. Bij eigen consumptie is het niet verplicht, maar wordt het wel sterk aangeraden. De NVWA trichinenlaboratoria zijn inmiddels geprivatiseerd. Twee private labs nemen het trichinella‐onderzoek over, te weten het Veterinair Laboratorium Gelderland (VLG) en de Gezondheidsdienst voor dieren in samenwerking met KBBL (GD/KBBL). Het VLG is gehuisvest in Epe, de GD/KBBL heeft 3 locaties te weten: Groenlo, Boxtel en Helmond. Deze privatisering is inmiddels afgerond. 2012 wordt als overgangsjaar gezien. De jager/GP kan tot eind 2012 nog gebruik maken van het gratis transport van de NVWA, voor zover dit binnen de reguliere NVWA/KDS transportroutes past (zie voor adressen en overige instructie www.knjv.nl, >> jagen >> wildhygiëne en dan kopje Trichinenonderzoek)
Kosten onderzoek 2012
VLG per monster € 10,50 excl BTW, excl transport bedragen. GD/KKBL geldt een stafel. Deze prijzen zijn ook excl BTW en excl transport. Hier hangt de prijs af van het aantal ingeleverde monsters per jaar, hieronder de eerste 3 stafels, 1 – 100 € 12,89; 101 – 500 € 12,29; 501 –1.000 € 11,89
Maakt het uit waar ik bij grofwild het wildmerk plaats?
De meeste mensen zijn gewend om het wildmerk in de achterloper of in het oor van het geschoten stuk grofwild te plaatsten. Soms werd dit zelfs in de ontheffing voorgeschreven. Echter vanwege de wettelijk verplichte traceerbaarheid is de buikwand de meest aangewezen plaats om het wildmerk te bevestigen. Het plaatsen van het wildmerk in de buikwand is noodzakelijk om ervoor te zorgen dat het wildmerk ook na het onthuiden nog aan het karkas is bevestigd. Zo blijft de relatie zichtbaar tussen karkas en GP‐verklaring, wat ook van belang is bij de zgn. post mortem keuring door de NVWA. Denk hierbij ook aan eventueel gemaakte opmerkingen of abnormaliteiten op de verklaring.
Slacht u het dier zelf voor eigen consumptie, dan is het minder belangrijk waar u het wildmerk plaatst.
Bevestig het wildmerk in de buikwand, zodat het dier ook na het onthuiden traceerbaar is.Het plaatsen van het wildmerk in de buikwand geldt voor al het grofwild. Hiermee is de traceerbaarheid gewaarborgd, hetgeen ook noodzakelijk is voor de NVWA bij de post mortem keuring.
Mag een jager gerookte ganzenborst verkopen?
Een jager/GP mag alleen kleine hoeveelheden wild in de huid dan wel vers vlees aan de eindconsument of detaillist leveren, maar geen vleesproducten. Het verkopen van gerookte ganzenborsten is dus NIET toegestaan. Als een jager gerookte ganzenborsten, ganzenkroketten, wildhamburgers etc. wil verkopen, dan moet hij voldoen aan de eisen die Verordening 2004/852 aan een levensmiddelenbedrijf stelt. De jager moet dus bijvoorbeeld over een Hygiënecode beschikken. Ook de ruimte waarin het vlees bewerkt wordt, moet aan allerlei eisen voldoen. Voor meer informatie over de eisen, kunt u terecht bij de Nederlandse Bond van Poeliers en Wildhandelaren www.nbpw.nl)
Hoe zit het met het ontweiden van wild zwijn en de middenrifpijler?
Jagers trekken met het ontweiden soms het gehele middenrif eruit. Dit is ongewenst omdat het trichinenmonster genomen moet worden uit het spierweefsel van het middenrif het (de pijlers). Het is daarom belangrijk dat jagers bij het ontweiden er goed opletten dat ze het spierweefsel van het middenrif laten zitten.
Ontweiden en consumptie
Naar aanleiding van een bericht over het voorkomen van EHEC bij herten en reeën, waren er Kamervragen gesteld over het gevaar van het eten van wildbraad. Hierover heeft in De Nederlandse Jager nr. 9 een kort bericht gestaan, met een uitgebreider artikel op internet. Nog even in het kort de kern van het verhaal: Voor de mens is het eten van met EHEC besmet vlees dat onvoldoende is vrhit, een bron van besmetting.
Omdat de bacterie algemeen voorkomt in de darm, is het belangrijk te zorgen dat er geen armverontreinigingen op wildbraad terecht komt. Als de jager het schot goed plaatst (bladschot), tijdig en hygiënisch ontweidt, het dier op de juiste manier vervoert en tijdig koelt, is de kans verwaarloosbaar dat een eventuele schadelijke E. coli bacterie op het vlees terecht komt. Bij een weidwondschot ligt dat anders. Dat is ook één van de redenen dat een stuk grofwild met een weidwondschot ONGESCHIKT is voor consumptie en dus niet mag worden verkocht of aan derden worden gegeven. Echter in Capreolus heeft de redactie, zonder terugkoppeling, gemeld dat dit onjuist zou zijn en dat je het kunt wegsnijden. Deze tegenstrijdige berichtgeving leverde verwarring op bij de achterban.
Hoe zit het nu precies:
Wat zegt de cursus wildhygiëne: De GP leert dat als de vervuiling eenvoudig weg te snijden is, het dier geschikt is voor consumptie. ALS het nog weg te snijden is. Bij een kleine verontreiniging kan het weggesneden worden, echter bij een echt weidwondschot is dit onmogelijk. De verontreiniging is dan dusdanig dat het simpelweg niet meer weg te snijden is. Het gebruik van gras en papier is uit den boze en het uitspoelen met water is niet toegestaan. Er rest de GP dan nog maar één conclusie bij een echt weidwondschot: ongeschikt voor consumptie,
Mag grofwild in de huid worden meegenomen uit Duitsland?
Het meenemen van wild uit het buitenland is alleen toegestaan uit gebieden waar geen veterinair rechtelijke beperkingen gelden (bijv. verdenking of uitbraak van besmettelijke dierziekten zoals Klassieke Varkenspest, MKZ, Vogelgriep etc.). Gaat u hiervoor ten rade bij de plaatselijke jagers (vereniging). Op grond van Veterinaire Regelgeving moet echter ieder stuk grofwild uit de vrije wildbaan in ieder geval van een unieke codering voorzien zijn. Per deelstaat verschillen de regels omtrent het gebruik van wildmerken. De jager moet daarom in die deelstaten waar wildmerken niet verplicht zijn, zelf zorgen voor traceerbaarheid middels een unieke codering, bijvoorbeeld met kabelbinders (Tiewrap) met een eigen unieke codering.
Eigen gebruik
Het is toegestaan om één stuk grofwild voor eigen gebruik in de eigen auto mee te nemen vanuitDuitsland. Laat u het dier dat voor eigen consumptie is in Nederland slachten bij een slager/poelier,dan moet worden voldaan aan diverse eisen voor wat betreft traceerbaarheid en bijgeleverde documenten (zie de website)
wild zwijn in Duitsland geschoten en eigen gebruik:
Trichinella/monstername en onderzoek moet o.g.v. Duitse wetgeving in Duitsland plaatsvinden, ook bij eigen gebruik! Het is dus niet toegestaan het Duitse wild zwijn in Nederland op trichinen te laten onderzoeken. Het feit dat het in Nederland niet verplicht is om een wild zwijn voor eigen gebruik op trichine te laten onderzoeken, ontslaat de jager niet van zijn plicht dat een wild zwijn in Duitsland ALTIJD op trichinen moet worden onderzocht alvorens het mag worden vervoerd, laat staan de grens over worden gebracht.
Verkoopbeperking
Wild dat in Duitsland is geschoten, mag alleen in Duitsland binnen een straal van 100 km van de afschotplaats, dan wel de woonplaats van de jager worden verkocht aan een particulier, restaurant of de plaatselijke detailhandel. Deze nationale regel stopt bij de grens. Zodra men de grens overgaat, heeft men namelijk te maken met de Europese Verordening en is alleen verkoop aan EU‐erkende bedrijven toegestaan. In Nederland kan deze levering aan een EU‐erkend bedrijf plaatsvinden met de GP‐verklaring. Niet alle EU‐lidstaten staan dit toe, vaak wordt een veterinair certificaat gevraagd.
Momenteel vindt op EU niveau discussie plaats over de voorwaarden waaronder intra‐verkeer van grof wild in de huid kan plaatsvinden. Het Duitse ree of wild zwijn mag dus NIET aan een Nederlands restaurant of detailhandel, dan wel particulier verkocht worden. De lijst met EU‐erkende wildverwerkende bedrijven in Nederland is terug te vinden op de site van de NVWA en op www.knjvintranet>>wildhygiëne
GP Duitsland
Kundige Person: In een aantal Kreisen kan een Nederlandse jager die aldaar een eigen jachtveld heeft en in Nederland met succes de cursus Gekwalificeerd Persoon heeft gevolgd, bij de Unteren Jagdbehörder op vertoon van zijn Nederlandse cursusmap en certificaat als Kundige Person (KP) geregistreerd worden. Alleen bij de Unteren Jagdbehörder geregistreerde KP's mogen een Wildursprungschein invullen. Om een trichinenmonster te mogen nemen, moet de KP ook aangemeld zijn bij de plaatselijke Veterinairbehörder . Informeer over de aanmelding bij de lokale jagersvereniging.
Pilot wederzijdse Erkenning GP binnen de Benelux.
De Benelux wil een algemene, wederzijdse erkenning van gekwalificeerde personen. De GP‐opleiding is weliswaar gebaseerd op Europese regelgeving, maar geeft geen volledige EU‐dekking. Dit heeft onder andere te maken met grote verschillen in nationale regels voor jachtopleiding en voor de afzet van kleine aantallen wild in het locale circuit en het feit dat jacht‐ en hygiëneopleiding in Europees verband niet uniform zijn opgezet. De Benelux‐landen willen dit veranderen en streven naar een algemene wederzijdse Benelux erkenning. Er zijn afspraken gemaakt om dit in twee fasen te bereiken. De eerste fase is al van kracht en gericht op individuele aanvragen.
In de tweede fase (waarschijnlijk 2013)zal worden bekeken of er een algehele wederzijdse erkenning kan komen.
Registratie eerste fase
Om in alle Benelux‐landen als GP wild te mogen beoordelen moet u als GP‐Benelux geregistreerd zijn. Hiertoe moet de opleiding voor GP afgerond zijn, u in het bezit zijn van een geldige jachtakte/jachtverlof, afgegeven in het land waar de jacht plaatsvindt en dus geregistreerd staan als ‘GP Benelux'. De in Nederland bevoegde autoriteit die over de registratie gaat is de Nederlandse Voedsel‐ en Warenautoriteit. De NVWA heeft de registratie ondergebracht bij www.faunaregistratie.nl. Het secretariaat‐generaal van de Benelux heeft een folder gemaakt waarin de GP de verschillen per land kan terugvinden. De folder is te vinden op www.knjv.nl >jagen>wildhygiëne
Heeft u nog vragen?Stel ze via Biologie@knjv.nl